Jasper Stevens, onderzoeker bij Klinische Farmacie en Farmacologie kwam met collega’s op het idee om stoffen voor nierfunctiemetingen te ontwikkelen, die niet radioactief zijn. Want dat is beter voor patiënten en medewerkers, goedkoper en duurzamer.

‘Bijna acht jaar geleden kwam mijn wens uit: ik begon als onderzoeker op de afdeling Klinische Farmacie en Farmacologie van het UMCG. Daarvoor had ik jaren gewerkt bij een klinische onderzoeksorganisatie, maar ik wilde begrijpen wat medicijnen precies doen in het lichaam en hoe dit verschilt van persoon tot persoon. Als je dit weet, kun je zorg op maat leveren. Ik wilde met één been in het onderzoek en het andere been in de patiëntenzorg staan.

Al snel kwam ik erachter dat collega’s met de nierfunctiemetingen in hun maag zaten. Daar zijn namelijk radioactieve stoffen voor nodig. Die stoffen zijn niet geheel risicovrij voor patiënten en medewerkers, kosten veel geld en zijn niet duurzaam. Ze moeten op een speciale manier worden getransporteerd, opgeslagen en afgevoerd. 

Wat zou een goed alternatief zijn? De oplossing kwam zomaar bij me op: er is een stof nodig die niks doet in het lichaam en die je gewoon uitplast. En waarvan je de concentratie in het bloed kunt meten, zodat je weet hoe lang de nieren erover doen om het uit het lichaam te verwijderen. We gebruiken nu de stoffen iotalamaat en hippuran die we radioactief maken zodat je aan de hand van de straling die ze afgeven de concentratie kunt meten. Maar met modernere apparatuur zou je die concentratie toch ook anders moeten kunnen meten zodat je geen radioactieve stoffen meer nodig hebt? 


 

Er was alleen één groot probleem: geld. We moesten nieuwe gevoelige apparatuur hebben en vervolgens testen bij patiënten of deze niet-radioactieve stoffen net zo goed werken. Inmiddels is het eerste deel van de financiering gelukt. We hebben subsidies gekregen, ik heb de UMCG Innovatieprijs Duurzaamheid van €50.000,- gewonnen en we zijn een samenwerking gestart met een geneesmiddelenonderzoeksorganisatie. 

De eerste resultaten zijn succesvol. We hebben apparatuur gevonden die de stoffen kunnen meten in bloedmonsters. De niet-radioactieve iothalamaat kunnen we gewoon kopen. Als we de hippuran kunnen maken, kunnen we in een klinische studie met beide stoffen testen of dezelfde resultaten geeft als bij de radioactieve methode. Ik ben erg hoopvol dat dit de nieuwe methode wordt voor nierfunctiemetingen.’

Eureka!

Eureka! 

Ziet een wetenschapper met een goed idee nou op één moment het licht? Meestal niet. Meestal krijgen goede ideeën of uitvindingen pas vorm, als je met veel slimme mensen samenwerkt. In de rubriek Eureka! vertellen onderzoekers over de momenten dat ze dachten: 'Ik heb het gevonden!' Elke acht weken is er weer een nieuw verhaal.